Mijn leven met hem.

Het begon allemaal zo'n vierenveertig jaar geleden. In een fabriek werd ik in elkaar gezet en in een grote doos, met allemaal soortgelijke vriendjes en vriendinnetjes, naar een supermarkt gebracht. Het was de Profimarkt in Den Haag aan de Beresteinlaan. Daar werd ik met alle anderen in een bak gekieperd om in de verkoop te gaan. Op een donderdagavond, koopavond, kwam er een jongetje langs onze bak. Vrolijk zette hij wat vriendjes en vriendinnetjes op de rand zodat zij de winkel in konden kijken. "Mag ik er eentje ?" vroeg het jongetje aan zijn ouders. Ze vonden het best en het jongetje pakte mij uit de bak. Er was meteen een klik tussen ons. "Met dit jongetje ga ik heel wat beleven." dacht ik bij mezelf. Het jongetje heeft me de hele supermarkt door gezeuld, heeft staan blerren bij de kassa, dat ik van hem was en dat de kassière mij niet kreeg, wat wel de bedoeling was, want ik moest natuurlijk afgerekend worden. In de auto mocht ik naast hem zitten en toen het bedtijd was, mocht ik mee naar bed.
Het jongetje heeft me overal mee naar toe gesleept. Dagjes uit, naar Duinrell, op de boot naar Avifauna, wandelen in Ockenburg, het bos bij opa en oma. En heel wat keertjes mee naar Sporthuis Centrum (later CenterParcs) en zijn Shetland Ponypark Slagharen. Op vele dia's en foto's zie je me voorbij komen. Waar hij was, was ik negen van de tien keer ook.

Dat het jongetje anders was had ik meteen door. Hij hijgde en piepte, zijn lippen waren paars en hij was heel gauw moe. Al gauw begreep ik dat hij wat mankeerde aan zijn hartje. Ik heb in de loop der jaren al menig arts aan het jongetje zijn bed zien staan. Ook heb ik heel wat ziekenhuizen van binnen gezien. Heel wat gemopper over me heen gehad van verpleegsters, die me maar vies en afgelebberd vonden, erg onhygiënisch, dus niet bepaald bevorderlijk voor het jongetje zijn gezondheid. En dat terwijl ik al menig maal in de wasmachine heb gezeten !! Met knijpers aan mijn oren aan de waslijn heb gehangen. Maar menig arts heeft ook gezien hoe rustig het jongetje werd als ik in zijn armen werd geschoven. Die kracht heb ik dan weer, de vertrouwdheid en veiligheid. Een stukje eigen van hem. En toen kwam de grote operatie van de jongen. Zestien jaar oud of jong, zelf zijn keuze gemaakt, al heb ik mee mogen denken en overwegen. Het was lang wachten in het lege bed. Hij lag op de o.k. en ik mocht er niet bij. Ook op de intensive care mocht ik er niet bij, dus ik moest wachten en wachten. Maar toen ik hem weer zag was ik hemels blij. Hij zag er onwijs gezond uit. Een blos op zijn wangen, rozige lippen, zijn nagels niet meer paars/blauw. We hebben samen gehuild van geluk.

En toen kwam de tijd dat kleine jongens man gaan worden. En bij dat man worden komt een hoop experimenteren. En ik ben daar toch wel een paar keer lijdend voorwerp voor geweest. Knip, een gaatje waar het niet hoort en oefenen maar. Gelukkig was mijn vulling niet prettig, dat schuurde schijnbaar onder een randje, dus het gaatje werd vlug weer door zijn moeder gedicht. Ik was de eerste die wist dat de jongen op andere jongens viel. Dat drama had ik al meegekregen voor zijn operatie, toen hij heel open en eerlijk aan een klasgenoot heeft laten weten dat hij van hem hield. Die klasgenoot vatte het goed op, maar na de operatie van de jongen was de sfeer tussen hem en de klasgenoot toch veel minder.
Zeven jaar heeft de jongen in het geheim gezocht naar wie en wat hij was. Alleen ik ken zijn gevoelens uit die tijd. Zijn verdriet, zijn teleurstellingen en zijn boosheid. Pas na die zeven jaar kwam hij uit de kast. En toen kwamen er ook vriendjes thuis. De meeste vond ik absoluut niet passen bij de jongen, maar ja, hij zag het niet. Hij zag het pas toen hij zijn neus stootte en gedumpt was.
Op zijn zevenentwintigste ging de jongen op zichzelf wonen. Ik ging mee natuurlijk. Totdat op die ene dag een gozer bij hem bleef slapen. Die gozer vond de jongen en mij behoorlijk kinderachtig en omdat de jongen weinig tot geen zelfvertrouwen had, moest ik op een dag weg. "Al bewaar je hem in een doos, maar hij moet weg !!" mopperde de jongen tegen zijn moeder. En zo verliet ik zijn huis, intens verdrietig in de tas van zijn moeder. Maar zijn moeder had heus wel door wat er aan de hand was. Ze bewaarde me, ze gaf me zelfs een heel nieuw buitenkantje, gemaakt van handdoeken en stofdoeken. Ik was weer als nieuw !!

En toen werd de jongen weer ziek, niet een beetje, maar een beetje erg. En zoals het meestal gaat als de jongen ziek is, dan grijpt hij naar mij. Maar ja, nu greep hij mis, want ik was weg, door hemzelf uit huis gezet. Wat heeft hij gehuild toen zijn moeder me mee naar hem nam. Ik heb wel duizend keer sorry gehoord, ben wel een miljoen keer gekust en geknuffeld. Ik heb ook gehuild hoor, al begreep ik het allemaal best, ik had hem ook heel erg gemist.
Ook toen de jongen verhuisde naar een andere woning, waar hij nog steeds zelfstandig woonde, bleef hij ziek en werd almaar zieker. In het ziekenhuis kreeg hij te horen dat ze uitbehandeld waren, niets meer voor hem konden doen. Hij moest maar kijken hoe lang zijn leven nog zou duren. En zo kwam er een dag, dat hij samen met zijn moeder, besloot om in een zorginstelling te gaan wonen. Ze vonden er een, in Katwijk aan Zee. We, hij en ik, hebben er een maand gelogeerd. Fantastisch was het, ik zag hem helemaal opleven. En nu woon ik met hem hier alweer tien jaar. Met al zijn up's en al zijn down's.

Bij de eerste aanraking wist ik het al, ik zou heel wat beleven met die jongen. En mocht hij ooit het aardse voor het eeuwige verruilen, dan weet ik dat ik met hem mee ga. Een mooiere gedachte kan ik niet hebben. Ik ben al drieënveertig jaar zijn steun en toeverlaat, zijn maatje door dik en dun.

De volgende keer zal hij weer een blog schrijven.

Groetjes en een dikke knuffel.

Snoopie, de knuffelbeer van Mario.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Waarschuwing geen blog voor kinderen !!!

Even

Het Haga ziekenhuis